26-11-2016
Anne
2016 Nicaragua, Op reis
Geen reactie
Om 9u komt een taxi ons oppikken om ons naar het busstation van Matagalpa te brengen. Wanneer we daar aankomen worden we onmiddellijk naar de bus voor Esteli geloodst; onze bagage wordt bovenop vastgemaakt en weg zijn wij. Het is geen Espresso bus, maar we zijn toch op twee uur tijd in Esteli, een half uur te vroeg voor onze pick-up naar het natuurgebied Miraflor, waar we twee nachten zullen verblijven. We gaan met een 4X4, de enige manier om het nevelwoud te bereiken. De wagen wordt begeleid door Lennert, een Duitse student die een jaar aan de universiteit van Esteli stage loopt. Hij is bevriend met Catharina, de Duitse eigenares van Finca Lindos Ojos, waar we verblijven. Omdat zij in Managua moest zijn, heeft ze hem gevraagd om met ons mee te gaan naar de finca om voor ons te vertalen. In ruil heeft hij een weekendje gratis vakantie op de finca. De finca wordt bewoond en bewerkt door een Nicaraguaanse familie; Marlena, Marcial en hun drie kinderen. Marcial neemt ons mee voor een wandeling rond de finca, die ook door een stukje oerwoud gaat. Hij weet ons vanalles te vertellen over de medicinale eigenschappen van verschillende planten in het woud. Na de “wurst” met zuurkool (ah ja, de eigenaar is Duitse) en de versgeplukte sla uit de tuin, praten we nog wat na met Lennert bij een glaasje Flor De Caña rum met limoen.
24-11-2016
Anne
2016 Nicaragua, Op reis
Geen reactie
Na het ontbijt gaan we op pad met een gids van Selva Negra voor een “nature walk”. Een Amerikaanse man en zijn zoon gaan met ons mee. Onze gids is tamelijk onervaren en moet voor ieder vogeltje in zijn vogelgids zoeken en is dan nog niet zeker welke we juist zien. Er was wel veel wind omwille van de ontkiemende orkaan aan de andere kant van het land, waardoor er sowieso weinig vogels te zien zijn. Geen geslaagde toer dus, want als we de rest van de voormiddag onder ons twee verder wandelen zien we meer.
Na de middag gaan we op pad met een andere gids. We doen de koffietoer met José. Eerst gaan we met de truck naar de plantage waar we het hele proces van pluk tot kopje uitgelegd krijgen. We zien de machines en installaties voor spoelen, fermenteren en drogen, een wandelen langs het dorpje van de werknemers. Gelukkig is het net het seizoen van de pluk, dus hebben we de kans om naar het binnenhalen van de pluk te gaan kijken. We rijden met de truck een eind verder de plantage in en zien er enkele van de ruim 800 seizoenarbeiders aan het werk. Een unieke ervaring. We zijn onder de indruk van het harde labeur om alle zware zakken met geplukte bonen op te laden. We zullen bij onze volgende kop koffie denken aan alle moeite die in ons vanzelfsprekende kopje is gekropen. Als kers op de taart krijgen we nog een echte proeverij onder de deskundige begeleiding van José en praten we nog even na over de super interessante toer met de andere 5 deelnemers.
22-11-2016
Anne
2016 Nicaragua, Op reis
Geen reactie
Om 8u ’s morgens verlaten we Papaturro. Deze keer vertrekken we min of meer op tijd, zodat we rond de middag in San Carlos aankomen. We lunchen met het zicht op de San Juan rivier en gaan ons informeren voor onze trip naar Matagalpa morgen. Er is geen rechtstreekse bus, zodat we om moeten rijden via Managua, een hele omweg. Er wordt ons aangeraden om de bus van 8u te nemen, want die van 6u30 zou veel meer tussenstops hebben en komt al van elders, zodat ze al vrij vol zou kunnen zitten, wat niet handig is met onze bagage. Maar de bus van 8u is dan weer later in Managua, zodat we vrezen niet voor het donker in Matagalpa te geraken. We gaan te rade bij de toeristische dienst (Intur) en besluiten uiteindelijk om met privé vervoer te reizen; uiteraard veel duurder, maar we doen er dan slechts 4 1/2 uur over, zodat we in Matagalpa meer tijd hebben. De vriendelijke mevrouw van Intur belt voor ons een paar chauffeurs op en negotieert met hen de beste prijs.
Om 7u stipt staat Carlos, onze chauffeur, ons op te wachten aan ons hotel. Hij laadt onze bagage in en dan gaan we eerst ontbijten. Ondertussen is Carlos druk aan het rond bellen op zoek naar een gevarendriehoek. Dat is hier namelijk verplicht en op dit lange traject zou er wel eens politiecontrole kunnen zijn. Uiteindelijk leent hij er één van een voorbijrijdende collega. Iedereen kent hier blijkbaar iedereen. Als we vertrekken vraagt Carlos of we het erg vinden dat zij echtgenote met ons mee gaat. Uiteraard niet. Met ons vieren zijn we dan onderweg in de piepkleine Kia Morning. Maar dat is niet zo raar in Nicaragua. Al na een half uurtje rijden we de bus van 6u30 voorbij. We zijn blij dat we ons eigen vervoer hebben, want aan dit slakkengangetje zouden we nooit op tijd in Matagalpa geraken. We rijden door een mooi groen landschap. Stilaan wordt het meer bergachtig. Heidi (jawel!), de echtgenote van Carlos, vindt het prachtig; ze heeft deze streek blijkbaar nog nooit bezocht. Als we omstreeks 13u in Matagalpa uit de auto stappen, is het bibberen geblazen; het is hier zeker 10 graden frisser dan in San Carlos. Selva Negra, waar we verblijven, ligt middenin een natuurgebied en is één van de oudste koffieplantages van Nicaragua. Het is bovendien een volledig zelfvoorzienende ecoboerderij die 250 locale mensen tewerkstelt. Ze hebben hun eigen schooltje en een gezondheidscentrum. Het domein is in handen van de vierde generatie Duitse immigranten. We praten even met de gids van Selva Negra en die beveelt ons aan om één van de trails op het terrein te wandelen. We hebben geluk: onderweg zien we een zeldzame guardabarranco, een kleurrijke vogel met een lange staart, en de nationale vogel van Nicaragua. We eindigen onze wandeling op het terras van het hoofdgebouw en genieten nog van een drankje in het zonnetje.
21-11-2016
Anne
2016 Nicaragua, Op reis
Geen reactie
Vanmorgen regent het lichtjes. Het ontbijt van Gran Lago is niet ter plaatse, maar in een comedor aan de Malecon met zicht op de San Juan rivier. Op het plein is het een drukte van jewelste: de voorbereiding van een groot feest dit weekend. Maar dat zullen wij niet meemaken, want dan zijn we al in het natuurgebied Los Guatuzos. Je kan dit enkel bereiken met de publieke boot vanuit San Carlos. Deze zou om 9u vertrekken, maar uiteindelijk varen we pas na 10u uit. De boot zit goed vol, alleen maar locals; wij zijn de enige toeristen. Ook een heleboel goederen moeten mee, tot stoelen toe. Halverwege stoppen we aan een eilandje op het meer, waar je vissoep en frisdrank kan kopen. We besluiten wijselijk te passen voor de soep.
We varen dan de Río Papaturro op, geen sinecure voor de boot, want deze rivier is niet zo breed en lijkt ook niet zo diep. In de bomen zien we al wat leguanen en een aap. Welkom in het regenwoud! We logeren in Cabañas Caiman in het dorpje Papaturro bij Aillen en Armando, een ervaren gids. Onze verblijfplaats langs de rivier is eenvoudig maar comfortabel. Vermits het vanavond droog zou blijven, spreken we met Armando af om na het avondeten een avondtoer met de boot te doen. We wandelen wat rond in het kleine jungledorpje en drinken een frisse Cola bij het lokale winkeltje, dat ook een terrasje heeft. Een gids van het Ecocentro wijst ons een kleurrijke trogon (een vogel) in een boom. Aillen heeft voor het avondeten een lekkere vis uit het meer klaar gemaakt en achteraf krijgen we een stukje organische chocolade uit de streek. Daarna gaan we in het donker met Armando’s boot op weg op de Papaturro rivier. We zien vele ijsvogels, grote hagedissen, een luiaard, kaaimannen, reuzegrote padden en kikkers en een agouti die snel wegspurt. We krijgen onderweg wel een fikse tropische bui over ons heen, zodat Armando snel een zeil boven onze boot diende te spannen. Gelukkig was dit snel over, zodat we verder konden genieten van onze trip.
21-11-2016
Anne
2016 Nicaragua, Op reis
Geen reactie
We hebben zaterdagmorgen met Armando afgesproken om al vroeg op pad te gaan. Om 5.30u heeft Aillen een kop koffie en thee voor ons klaar staan en dan zijn we weg. Eerst met de boot. Onderweg zien we drie soorten apen: brulapen, capucijnapen en spidermonkey. Een beetje verderop ook nog een vrij actieve luiaard (hij is blijkbaar aan het ontbijten) en nog veel meer. Na een tijdje leggen we aan en keren we te voet door het regenwoud terug. Armando toont ons allerlei spinnetjes, kleurrijke kikkertjes, orchideeën en bromelia’s. Het laatste stukje lopen we door de landbouwgronden van het dorpje: maïs, bonen en cacao. Grappig, de cacaovrucht blijkt rechtstreeks aan de stam van de boom te groeien en niet aan de takken. In de namiddag relaxen we wat aan ons hutje en slaan de jungle rondom ons gade : een Kaaiman aan de kant van het water voor onze hut en later ook nog een zonnebadende schildpad. Ook de brulapen laten van zich horen. Om 15u vertrekken we met Armando en zijn neefje Martín met de boot richting de monding van de Papaturro op zoek naar vogels en leguanen. Onderweg krijgen we nog eens een tropische bui over ons heen; het wordt al een gewoonte. Gelukkig duren deze nooit lang. We zien weer een heleboel. We varen ook een prachtig moerasgebied in waar we honderden migrerende eenden zien. Als we dicht bij de monding bomen vol leguanen passeren, laat de ene na de andere zich met een grote plons in het water vallen. We varen een klein stukje het meer op en zien in de verte nog eens de contouren van Ometepe met zijn vulkanen en de Solentiname archipel. Het is zo goed als donker als we weer bij de Cabañas Caiman aankomen. Aillen is druk bezig met het klaarmaken van ons avondeten. We blijven nog wat napraten en Armando komt nog met een huismedicijn op de proppen voor Anne’s hoest (een souvenier van de airco in de luchthaven van Ometepe); Flor De Caña rum vermengd met honing; baat het niet, dan was het toch lekker! 
Op zondag vertrekken we na het ontbijt met Armando en Martín met de boot richting de grens met Costa Rica. Het stuk van de Papaturro richting de grens loopt door een soort overstroomd weidegebied waar de zeboekoeien opschrikken als we langs varen. Een grappig zicht die koeien tussen het hoge gras in het water. Naast aapjes die zich te goed doen aan bananen, zien we ook een grote schildpad en een paar kleurrijke vogels. Na de siësta besluiten we een wandeling te maken naar het volgende dorpje. We wandelen tussen velden en oerwoud en zien nog een heleboel apen : brullende brulapen en dartele spidermonkeys. We horen ook duizenden kikkertjes, maar krijgen ze jammer genoeg niet te zien. Omdat het hier toch heel snel donker wordt keren we vóór we aan het dorpje komen al terug en drinken nog een frisse Cola op het terrasje van het winkeltje. Los Guatuzos was zeker een geslaagde etappe van onze reis!