31/10-2/11 Kathmandu

2024 Nepal, Op reis Geen reactie

Na een vlucht van 6 1/2u vanuit Istanbul komen we omstreeks 11u aan in Kathmandu. In de luchthaven gaat het wat minder vlot; overal aanschuiven. Voor het aanvragen van een visum, betalen, grenscontrole, bagagecontrole,… Gelukkig stond onze taxi ons al op te wachten. We logeren in een rustige buurt in het Belgische Via Via hotel. Dat ligt op wandelafstand van de indrukwekkende Bodhnath Stupa, waarvan de grote ogen onder het gouden dak ons al van ver tegemoet zien. Het is dit weekend “Tihar” of het Nepalese Diwali festival en overal zijn winkels en huizen met bloemenslingers versierd. We lopen samen met de Boeddhistische pelgrims een rondje rond de stupa en genieten van de vele kleuren. We gaan een Nepalees pintje drinken met een portie momo’s ( Tibetaanse dumplings) in één van de rooftop cafés errond. ’s Avonds eten we in een gezellig vegetarisch restaurant in de buurt en gaan de sfeer nog eens opsnuiven bij de stupa. Overal flikkereren kleurrijke lichtjes en kaarsjes en is er live muziek. Wat een leuke sfeer!

Na een verkwikkende nachtrust en een lekker ontbijt nemen we een taxi naar centrum Kathmandu, naar het Durbar plein. Hier staan vele indrukwekkende tempels, het oude rijk gedecoreerde koninklijk paleis en het huis van de Kumari, de levende godin, een meisje dat tot aan haar eerste menstruatie hier verblijft en aanbeden wordt als een godin.

Van aan het Durbar plein wandelen we langs vele tempels en winkeltjes  naar Thamel waar we de Garden of Dreams bezoeken. Veel volk, veel geuren en kleuren, veel sfeer…

Tegen de late namiddag nemen we een taxi naar Pashupatinath, een groot Hindu complex langs de heilige Bagmati rivier. Deze is rechtstreeks verbonden met de Ganges rivier. De grote Pashupatinath tempel mogen we als niet Hindu’s niet in, maar je mag wel de gaths bezoeken waar de Hindu’s 24 op 24 hun doden verbranden. Na Varanasi in India zou dit de belangrijkste plaats zijn waar dit gebeurt. Een gids leidt ons rond en vertelt ons alles over dit bijzondere ritueel.

Na een lekker diner in de Via Via gaan we nog eens de sfeer opsnuiven aan de Bodhnath stupa. De sfeer is nog uitbundiger dan de avond voordien met overal rond de stupa groepjes die optreden en regelmatig vuurwerk.

Op zaterdag trekken we naar de volgende werelderfgoed site: de Swayambhunath stupa of Monkey Temple. Deze stupa met gouden dak bevindt zich op een heuvel in het Noordwesten van Kathmandu. Via een steile trap tussen de apen komen we aan de  stupa, die omringd wordt door Boeddhistische en Hindu monumenten; hier komen beide culturen samen.

Tegen de middag nemen we de taxi terug naar de Bodnath stupa waar we op een dakterras genieten van lekkere momo’s en een lokaal pintje. De rest van de namiddag luieren we in de Via Via, want morgen staat een stevige rit naar Ghorka op het programma.

21-24 november Mindo (nevelwoud) – El Monte Ecolodge

2023 Ecuador, Op reis Geen reactie

Rond half 4 komen we aan in Mindo. Dit kleine stadje ligt in het nevelwoud ten Westen van Quito op 1300m hoogte. Onze lodge ligt 4km boven het dorpje tussen de Mindo rivier en het woud. Om er te geraken moeten we met een “tarabita”, een soort manueel horizontaal kabelkarretje over de rivier: Fun!

De lodge bestaat uit 6 cabañas en 1 grote open, met een rieten dak overdekte, gemeenschappelijke ruimte, die langs alle kanten uitkijkt op het groen: zalig hier! Samen met een sympathiek Brits koppel zijn wij de enige gasten momenteel; het is hier dus zalig rustig. De superenthousiaste Gabriel is de natuurgids van de lodge. Hij gaat onmiddellijk op zoek naar kleurrijke vogels, waaronder 2 soorten toekans, die we van op het terras spotten. We zien ook een agoeti rondlopen in de tuin.

’s Morgens voor het ontbijt doen we aan vogelspotten met Gabriel van op het terras. Na het ontbijt wandelen we naar de teleferico, die ons omhoog voert boven het nevelwoud. Vanop een uitkijktoren spotten we nog wat kleurrijke vogels. Dan wandelen we verder naar een grote gemotoriseerde tarabita, die ons nog een nevelwoud vallei overbrengt. Vanaf daar trekken we naar verschillende watervallen. We zien weer vele vogels en zelfs een slang die op kikkers jaagt. Na een late lunch luieren we wat op het terras en genieten van het uitzicht. In de late namiddag gaat het hard regenen, waardoor onze nachtwandeling niet kan doorgaan.

De volgende morgen staan we al om 5u klaar aan de tarabita om naar de cock of the rock lek te gaan. Elke ochtend oefenen de felrood gekleurde mannetjes namelijk hun balsdans voor het vrouwtje. Het is een zonnige dag, en in de verte zien we Pichincha vulkaan met een laagje sneeuw. Als bonus krijgen we ook nog een koppel kleurrijke quetzals te zien. We stoppen nog aan een kolibrie voederplaats, waar het letterlijk krioelt van deze vinnige kleurrijke vogeltjes; er zitten wel 15 verschillende soorten. Na een laat ontbijt bezoeken we de grote vlindertuin van Mindo, die aan de overkant van de lodge gelegen is. We zijn op het perfecte uur om een aantal poppen te zien uitkomen.

Na alweer een lekkere lunch wandelen we met Gabriel naar het dorpje beneden, waar we een chocolade tour doen. De beste chocolade ter wereld vind je natuurlijk in België, maar de beste cacaobonen komen uit Ecuador. Interessant dus om wat meer te weten te komen over de bron van onze lekkernij. Het hele proces van vrucht over het drogen en roosteren van de bonen wordt gedemonstreerd, waarbij we zelf een handje mogen toesteken. En we mogen ook véél proeven. Afsluiten deden we met een yummie brownie met 100% cacao. Mmmm!

Deze avond kan de avondwandeling wel doorgaan, maar er valt weer wat regen, dus zien niet veel. We zien wel een potoo (een reuzennachtzwaluw) langs de kant van de rivier.

Onze laatste ochtend in dit paradijsje, doen we weer wat vogelspotten met Gabriel voor het ontbijt en doen daarna een wandeling over één van de trails op het domein van de lodge. We zien weer kleurrijke vogels, zoals de motmot. We zijn net op tijd terug om Dave en Jasmin, het Britse koppel, uit te zwaaien. Wijzelf genieten nog tot 15u van deze heerlijke plek, voor ook wij terug naar de realiteit moeten vertrekken.

18-21 november Cotopaxi (Andes) – Hacienda El Porvenir

2023 Ecuador, Op reis Geen reactie

Na een nachtje in het luxueuze La Palma Polo hotel (dankzij een super deal bij Booking) nabij de luchthaven van Quito  komt Santiago, onze gids voor de volgende dagen ons om 8u stipt oppikken. Via de Panamericana Sur rijden we verder de Andes in. Dit wordt de “Avenida de los Vulcanes” genoemd, vanwege de vele vulkanen die er op een rijtje liggen.

Het Cotopaxi National Park is onze bestemming. Na anderhalf uur komen we aan de ingang van het park. We hebben geluk: vandaag is er nauwelijks een wolkje aan de lucht. We krijgen dus direct al prachtige zichten op de besneeuwde kegel van de Cotopaxi. We rijden een stuk naar boven tot op een parkeerterrein. Vanaf hier gaat het, zeer langzaam vanwege de hoogte, te voet verder naar de Refugio José Rivas op 4864m. Deze Refugio is normaal de startplaats voor de beklimming van de vulkaan, maar sinds ze in 2015 terug actief werd is de beklimming tijdelijk verboden. De 300m stijging is niet te onderschatten vanwege de hoogte. We moeten regelmatig stoppen om naar adem te happen. Maar we genieten onderweg van de indrukwekkende vergezichten op de omringende bergen en zien in de verte ook de besneeuwde top van de Antisana vulkaan die meestal in wolken gehuld is. Boven in de Refugio wacht ons een heet kopje cocathee of chocomelk. De afdaling gaat uiteraard een pak sneller! Daarna rijden we met de auto naar de Limpiopungo Lagune. Onderweg komen we nog 2 Andesvossen tegen en een paar caracara’s. Aan de lagune eten we onze picknick op en genieten van de verschillende vogels die zich op en rond het meer ophouden.

In de late namiddag komen we aan in de Hacienda El Porvenir, waar we de komende dagen verblijven. Deze historische Hacienda van bijna 1000 hectare grenst aan het nationaal park. Ze hebben een tweehonderdtal runderen en talrijke paarden. Een gedeelte van hun landerijen wordt voorbehouden aan natuurconservatie en er is ook een herbebossing project.

Na het ontbijt trekken we onze stapschoenen weer aan en gaan op pad richting vulkaan Rumiñahui. Het is een prachtige wandeling over de paden van de Hacienda met prachtige vergezichten op de Cotopaxi. Dankzij het heldere weer kunnen we zelfs de besneeuwde top van vulkaan Cayambe zien. Plots komen er 3 condors van het dal beneden ons boven ons hoofd zweven: waw! En het kan niet op: ook nog twee verschillende soorten herten kruisen ons pad. Als we verder stijgen (vandaag van 3600m aan de Hacienda tot 4200m, afstand 13km), verandert de vegetatie en lopen we door de wilde lupinen en de oranje chuciragua, de symboolbloem van het nationaal park. Verder op het pad staan een paar pikzwarte koeien en stieren van het soort zoals de Osborne stier in Spanje. Dit is even spannend, maar onze gids weet ze te verjagen. Het laatste stuk van de wandeling tot aan de kam van de Rumiñahui stijgt serieus en de hoogte laat zich weer voelen. Maar we geraken er en worden alweer getrakteerd op een prachtig zicht op de Cotopaxi.

Als we via een andere route terug afdalen moeten we op het einde een poort door die er voor moet zorgen dat de koeien de Hacienda niet verlaten. Als we de poort dichttrekken zien we een bordje: “Peligro: toros bravos”; tiens…

In de late namiddag staat er een kookworkshop onder leiding van één van de lokale kok op het programma: we maken kleine empanadas met kaas en aji (een dip op basis van pepertjes, lente-ui en koriander). Hierbij wordt canelazo, een soort kaneelthee met naranjilla (een lokale vrucht), geserveerd. Onze empanadas zagen er niet zo mooi uit als die van de kok, maar ze waren wel lekker!

Op maandag staat een lange trip naar het Quilotoa kratermeer op het programma. Dit is aan de andere kant van de Cotopaxi in de Westelijke cordillera. De Avenida de los Vulcanes bestaat namelijk uit 2 parallelle bergketens met in het midden een hoogte vallei met ettelijke stadjes. De oostelijke cordillera grenst aan het regenwoud en is dus een stuk groener. We moeten dus eerst een bergketen over. Boven op de bergpas hebben we zicht op meerdere vulkaantoppen, ondermeer op die van de Chimborazo, met zijn 6263m de hoogste van Ecuador. Het landschap in de westelijke cordillera is heel anders: veel droger, geen besneeuwde bergtoppen meer en heel veel kleine lapjes grond, soms tegen een heel steile helling. De Indianen die hier wonen zijn bij de armste van Ecuador en wonen vaak nog in kleine traditionele hutjes met daken in stro. We zien er hier nog veel in traditionele klederdracht.

Voor we in Quilotoa aankomen bezoeken we nog een lokale schilder die politiek zeer ge-engageerd blijkt te zijn, zoals blijkt uit zijn kleurrijke kunstwerken. Langs de indrukwekkende Cañon Del Toachi gaat het dan verder naar het dorpje Quilotoa. Hier werpen we een eerste blik op het kratermeer. Dit grote groene meer in de diepte is ontstaan toen de gelijknamige vulkaan implodeerde, wellicht miljoenen jaren geleden. We wandelen een stukje over de kraterrand. Met de zon die af en toe vanachter de wolken verschijnt verandert de kleur van het water. We kruisen een familie indianen die met slechts één ezel een bed verhuizen van het volgende dorp.

We gaan eten in een oude hacienda, de Posada de Tigua. Als we na het eten nog even aan de kachel gaan zitten, komen er juist nieuwe gasten toe ( de posada is ook een hotel) en tot onze verbazing blijkt dit het Franse koppel te zijn van tijdens ons verblijf in de Sacha Lodge in Yasuni. Ecuador is klein!

De volgende ochtend is het alweer tijd om te vertrekken. Het heeft de hele nacht geregend, dus de Cotopaxi laat zich niet meer zien. We rijden eerst naar het Santa Rita Ecoreserve, dat in het verlengde van de oude modderstroom na een uitbarsting van de vulkaan is ontstaan. In dit Andes Hoogtewoud (rond 3000m) wandelen we langs verschillende watervallen. We lunchen ter plaatse met een traditionele bolón; een soort beignet van groene bananendeeg gevuld met kaas.

Na de lunch rijden we verder door naar onze volgende bestemming: het nevelwoud in Mindo.

14-17 november Galapagos – Isla Santa Cruz – Galapagos Suites

2023 Ecuador, Op reis Geen reactie

Na een betrekkelijk rustige zeereis komen we weer aan in de haven van Puerto Ayora op het eiland Santa Cruz. Dit eiland is het hoofdeiland van de Galapagos van waaruit de meeste cruises vertrekken. Puerto Ayora is dan ook een stuk drukker en meer toeristisch dan Puerto Villamil.

We gaan een lokale schorpioenvis eten bij Fra Fré het favoriete restaurant van de eigenares van ons hotelletje. Lekker!

De volgende dag hebben we afgesproken met de taxichauffeur die ons naar het hotel bracht om naar El Chato in de hooglanden te rijden. In het privé reservaat van de El Chato ranch wandelen we tussen de befaamde reuzeschildpadden. Er zijn er heel veel en ze zijn echt indrukwekkend. De oudste is tussen 170 en 180 jaar oud. Het grootste deel van het jaar leven ze hier in de hooglanden, maar in december zakken ze af naar de kust om hun eieren te leggen in het warme zand. De jonge schildpadden blijven de eerste jaren in het kustgebied om daarna de hooglanden in te trekken. Die eerste jaren zijn ze ook het meest kwetsbaar, zodat ook hier in Santa Cruz een kweekcentrum werd opgericht. We bezoeken ook nog de lavatunnels op het einde van de wandeling.

Terug in Puerto Ayora wandelen we langs het vismarkt je waar de pelikanen op post zijn om de restjes mee te pikken. Ook liggen er overal weer zeeleeuwen te luieren: op de stoep, op een bankje, in een bootje. Grappig! Na een lunch aan het vissershaventje van Puerto Ayora gaan we op weg naar Tortuga Bay. Een wandelpad van 2,5 km door een bos van reuze cactussen brengt ons aan een afgelegen hagelwit strand, waar we leguanen, pelikanen enz spotten. Aan het einde van het strand is er een mangrove met daarachter een beschutte kreek waar er gesnorkeld en gezwommen wordt. Een leuke wandeling, maar ondanks de bewolking ook weer heel warm, zodat het frisse pintje achteraf op het terrasje van Rock in Puerto Ayora deugd doet. Het is hier zo gezellig dat we hier ’s avonds terugkeren voor het diner.

De volgende dag staat een trip naar de eilanden Santa Fe en Plaza Sur op het programma. Maar door tests op de vogelgriep blijkt Santa Fe gesloten te zijn. Vanaf het kanaal van Itabaca, de zee-engte tussen Baltra en Santa Cruz vertrekken we met een redelijk luxueus yacht richting de Plaza eilanden. Op het zuidelijke eiland gaan we aan land en genieten van het kleurrijke landschap: een roodkleurige vetplant bedekt de bodem en daartussen staan grote cactussen die het territorium zijn van de gele landleguanen. Ook nesten hier zwaluwentaart meeuwen; prachtige zwart-witte meeuwen met pikzwarte ogen. Die hebben ze nodig om ’s nachts te kunnen zien, want dit is de enige meeuw die ‘ s nachts actief is. Dit om te voorkomen dat ze belaagd worden door de talrijke fregatvogels, die erom bekend zijn dat ze liefst prooi stelen.

We zien ook nog blauwvoetgenten, keerkringvogels, Galapagospijlstormvogels, sierlijke Nazcagenten en een zeer actieve zeeleeuwenkolonie. Geweldig!

Terug aan boord wordt een warme snack geserveerd en dan zetten we terug koers richting Itabaca kanaal. Daar gaan we langs de rotsen snorkelen: vele kleurrijke vissen hier! Jammer genoeg is er een probleem met mijn (Anne) snorkel, waardoor mijn snorkel avontuur beperkt is. Maar geen nood: Wim heeft mooie onderwaterfoto’s! Nog een lekkere lunch aan boord van het yacht en dan terug naar Puerto Ayora. Hier maken we nog een wandeling naar het Darwin Center, maar gezien het al vrij laat is besluiten we het niet meer te bezoeken.

De ochtend dat we terug naar Quito vliegen regent het. We laten ons plan om nog eens naar het marktje te wandelen dan maar varen en relaxen wat in het hotel.

11-13 november Galapagos – Isla Isabela – Isabela Beach House

2023 Ecuador, Op reis Geen reactie

Vanuit Quito vliegen we over Guayaquil naar Baltra, waar zich de luchthaven van Santa Cruz, het hoofdeiland van de Galapagos bevindt. Al onderweg van het vliegtuig naar de aankomsthal worden we begroet door enkele leguanen.

Met bus, overzetboot (Baltra is een afzonderlijk eiland), nog een bus en een taxiboot komen we tijdig aan op de speedboot naar Isla Isabela, het grootste en jongste eiland van de archipel. Na een bijzonder woelige reis van 2 uur komen we aan in Puerto Vilamil, het enige bewoonde plaatsje op Isabela. Op de kade liggen talrijke zeeleeuwen lui hun siësta te doen. Onderweg naar de taxi moeten we nog over een paar leguanen stappen. Pelikanen en fregatvogels vliegen in het rond…

Ons hotelletje op het strand ligt aan de rand van de mangrove. Op de tweede ochtend zien we een zeeleeuw vrolijk over het strand hobbelen. Het ontbijt met veel vers fruit wordt geserveerd op het strand.

Onze eerste uitstap gaat naar Los Tuneles. Met een boot varen we 40 minuten tot aan lavatunnels die zich gevormd hebben wanneer de lava van de Sierra Negra vulkaan in zee vloeide. Dit is één van de topspots op de eilanden om te snorkelen. We zien er van dichtbij hoe de Galapagos zeeschildpadden op de bodem zeewier grazen; waw! De grote beesten trekken zich van ons niks aan. Net zoals de wit-tip haaien die gewoon langs ons heen zwemmen. Verder vele kleurrijke visjes en één zeepaardje, maar dat was moeilijk te spotten. Het terugzwemmen naar de boot tegen de stroom in was niet simpel…

We varen een eindje verder met de boot en leggen aan tussen de lavaformaties. Hier gaan we bovenop een korte wandeling maken. Normaal broeden hier verschillende paren blauwvoetgenten, een koddige soort Jan Van Genten. Maar door El Niño zijn er dit jaar veel minder nesten (doordat er minder voedsel is kiezen veel vogels er voor een jaartje over te slaan). We spotten toch één nest met hagelwit uit de kluiten gewassen jong en de twee ouders.

Onze tweede uitstap gaat naar de Sierra Negra vulkaan. Met een half open busje worden we afgezet aan de ingang van het nationaal park. We volgen een gezapig stijgend pad richting de caldera. We zitten in de wolken dus worden we nat en zien niets van de Sierra Negra die in 2018 nog uitbarstte. De wandeling vervolgt naar Volcan Chico, wat eigenlijk een lavauitstroomgebied van de Sierra Negra is. Dit is de drogere noordkant van de berg en hier breekt zowaar de zon door. We wandelen door een indrukwekkend vulkanisch landschap met op de achtergrond de oceaan. Prachtig!

Na de trip gaan we in Puerto Villamil aan het strand een lekkere Ceviche eten; de pelikanen vliegen af en aan en duiken regelmatig loodrecht naar beneden om te vissen. De rest van de namiddag genieten we van ons strand; beetje lezen en genieten van het uitzicht…

Na weer een lekker ontbijt op het strand maken we onze laatste wandeling op Isabela; via mangrove en verschillende poeltjes met watervogels naar het schildpadden kweekcentrum. 2 soorten landschildpadden op Isabela staan onder druk doordat ze gedeeltelijk door vulkaanuitbarstingen werden uitgeroeid. Ook verwilderde katten en ratten vormen een bedreiging voor de eieren en de jonge schildpadjes. In het centrum worden de eieren kunstmatig uitgebroed, waarna de schildpadden als ze groot genoeg zijn weer worden uitgezet in hun natuurlijke habitat.

Na een laatste lunch op het prachtige strand van Isabela, is het tijd om terug naar het haventje te gaan voor onze boot terug naar Santa Cruz. Gelukkig valt de terugvaart beter mee!

« Vorige Berichten Next Entries »